Van wie is deze rotte banaan?’ Roepen de hulpjes van juf Pip. Zij mogen vandaag de tienuurtjes uitdelen. Bananen zijn populair en tegelijkertijd totaal ongeschikt om in een schooltas te stoppen. Een volgende banaan verandert samen met 2 mandarijnen in een feestelijk fruitmasker.
Kijk! Ik kan op mijn bakje zitten!’ Roept Rico trots. Het doet me denken aan de Dinky Toy reclame van vroeger. Waarschijnlijk matchen mijn herinneringen niet met dit manneke. Dus ik houd dat voor me.
Eén flesje wordt niet omgeroepen, maar gebracht. Het privilege dat hoort bij de stijl van de ‘beker’. Glitters, een roze glimmende dop, een ingebouwd rietje en nog meer ‘kleutermeisjes-stralend-makende’ opties.
Een ander bakje wordt omgetoverd in een trommel, waardoor er spoedig een volledig orkest ontstaat.
Druiven blijken geschikt om in je wangen te proppen en vervolgens je klasgenoten te trakteren op een gekke bek. Het lachen slaat om in schateren, als er per ongeluk  een druif de klas in gelanceerd wordt.
Een nieuwelingetje knabbelt aan zijn appeltje en observeert de groten.
Wie lust er aardbeien?’ roept een grote jongen. Met luide bijval krijgt hij waardering voor zijn meegebrachte waar. ‘Wie lust er appel!’ Doet Finn een duit in het zakje. ‘Wie lust er alle koekjes van de wereld!’ Plotsklaps gaat het aantal speldeelnemers omhoog.
Wie lust er alle ijsjes van de wereld?’ Nu gaan ze met z’n allen los, waardoor de juf ingrijpt.
Sinds wanneer is het markt op dinsdag?’ vraagt ze. Blijkbaar weten alle kinderen wat juf Pip met deze tekst bereiken wil, want het is direct een stuk rustiger.
Handen worden afgeveegd aan broeken en T-shirts, om vervolgens alsnog de route naar de kraan te volgen. Omdat?? .. daar ontstaat een toegangspoortje van  de plakkerige meisjes appelhand van Emma. Als er geen centje betaald wordt en de bezoekers gewoon door de slagboom lopen, transformeert de poort zich zonder een probleem in een klapdeur, die terugslaat tegen de volgende klant.
De nieuweling heeft ondertussen een passende activiteit bedacht. Je appelpartje in je mond proppen en met de schil je mondopening afdekken. Dan lekker om je heen glimlachen. Hij begint al aardig ingeburgerd te raken in de fruitkring beslommeringen.
Billen op je stoel’ corrigeert de juf een paar binken. Jules zakt met z’n billen van de leuning af en je ziet hem bedenkelijk kijken. ‘Is de leuning geen stoel?’
Juf Pip heeft het talent om los te laten. Dik 30 kleuters en zij zit rustig midden in de kring te knippen. Ze geeft vier opdrachten: Bakje eten opruimen, stoel weg, ei in de boom hangen en daarna gaan werken. Knippend en ondertussen bakjes sluitend, noemt ze groepjes op. Kinderen verdwijnen naar allerlei kanten. Juf kijkt, observeert, geeft antwoord op een scala aan zinnige en onzinnige vragen.
Na 10 minuten zijn ze alle 30 betrokken aan het werken in diverse hoeken. Het geluidsniveau is hoog.
Na een zangmomentje van de juf, zijn de laatste eieren in de boom beland en de fruitbakjes verdwenen.
Juf Pip staat op en neemt een positie in met meer overzicht. Staand als een duidelijke hulplijn.
Dan tikt ze op de bel en direct ontstaat er een volume dat bij ‘werken’ hoort. Magisch. Een kleuterjuf. Ik heb er respect voor. Voor mij ziet het er uit als chaos. Het blijkt een georganiseerde chaos.

P.S. Bewondering voor het meisje met de rotte banaan. Hij is op!