Wat is dat toch? Dat je bij een ontmoeting van iemand van vroeger, vervalt in oud gedrag.
Alle vier de gelukshormonen razen tegelijk door mijn bloed. Met spoed aangemaakt!
Als ik haar tegen kom in de supermarkt vervallen we in de ‘zoveel-mogelijk-zeggen-in-zo-min-mogelijk-tijd’ stand.
Vroeger hadden we daar een pot thee bij en zaten we op een bakvissen-slaapkamertje te drinken uit Marjolein Bastin kopjes.
Nu staan we gewapend met een winkelmandje de doorgang te blokkeren van gehaaste klanten. Het gaat over bioproducten, postcodeloterij winnen, verdriet, levensvisie, kinderen, dagelijkse beslommeringen, zeurende eters aan tafel, respect voor onze ouders. In een rap tempo ping-pongen we onze kletsstrijd. Er wordt verteld, geluisterd, serieus gekeken en vooral veel onbezorgd gelachen, om dezelfde onzin die we vroeger ook verzonnen.

In een update van 5 tot 10 minuten hebben we alle belangrijke genieten en verdrieten de revue laten passeren. Behalve het weer, daar hebben we het niet over.

Ik denk dat het komt omdat onze kredieten oud zijn. Vastgelegd in het jonge mens van ooit, zijn ze goud waard. Ik hoef niet te doen alsof. Zij kent me zoals ik puur was. Dat maakt ook dat we direct over kunnen gaan tot de belangrijke zaken. Geen ‘hoe-is-het?’ intro’s.

‘Zo dat zijn wel heel veel biologische producten in ’t mandje?!’  Is haar openingszin.
We hebben het tegenwoordig financieel wat beter door mijn man en daarom proberen we een beetje onze verantwoordelijkheid te nemen voor het milieu. En ik wil natuurlijk in de hemel komen.’ Voeg ik grijnzend toe.

Gij bent ’n mooie! Ge koopt met ’t geld van die-van-jou bioproducten en dan komde gij in de hemel? Hij komt in de hemel en als gij braaf bent madde misschien mee!’

Als ik  even later nagrinnikend de supermarkt uit loop, bedenk ik dat ik voorlopig wil vertoeven in de aardse hemel.